De keuze van… Paul Tanghe

In de rubriek ‘De keuze van…’ laten wij het woord graag aan onze ‘vaste klanten’. Paul Tanghe is voormalig afgevaardigd bestuurder van Cera en filosoof. In 2000 stond hij mee aan de wieg van MATRIX. Hij zetelt tot op vandaag in de Raad van Bestuur.

“Mijn keuze valt op Pourque les fruits mûrissent cet été voor renaissance-instrumenten van Karel Goeyvaerts, en dit om de volgende redenen. Ik vind dat Karel Goeyvaerts nog steeds de erkenning niet heeft die hij verdient. Iedere beluistering van zijn werk is voor mij zowel een hoogstaande muzikale als een spirituele ervaring die lang blijft nazinderen. Aan dit werk is ook een persoonlijke anekdote verbonden. Na het beluisteren van een werk op de radio in 1992 was ik zo in de wolken dat ik hem contacteerde. We hadden een lang en intens gesprek waaruit vooral zijn ontgoocheling bleek dat zijn werk niet gepubliceerd werd. De enige LP die bestond, was een uitgave van de Vlaamse Gemeenschap met de compositie Pourque les fruits mûrissent cet été, uitgevoerd door Florilegium Musicum de Paris. Ik dacht: ‘welke mooie, poëtische titel’! Ik heb deze LP onmiddellijk beluisterd en vond dit prachtige, toegankelijke muziek. Ik heb dan voor mezelf ook gezworen dat zijn werk eindelijk zou worden uitgegeven op CD, wat dan ook gebeurde in de reeks van Magadisc.”

“Op cover van deze Megadisc-cd is een werk afgebeeld van een beeldend kunstenaar die ik koester, René Heyvaert: een kruis van wilgentakken uit 1975, onlangs nog tentoongesteld op de mooie en ontroerende tentoonstelling van zijn werk in museum M. Ik beluister deze CD regelmatig, vooral in de lente, zoals ik tijdens dit seizoen ook Le Sacre du printemps van Stravinsky beluister. Bij Stravinsky ervaar ik vooral de eruptie van het leven in de lente en bij Goeyvaerts vooral een specifieke tijdservaring. Het gaat er om de verwondering om de circulaire tijd, zoals de oude Grieken dit al beleefden. Deze circulaire tijdsbeleving onderbreekt de lineaire tijd die onverbiddelijk leidt naar de dood. De circulaire tijd is weldoend omdat ze traag evolueert op een organische manier, zoals de seizoenen dit doen. Op de winter volgt de lente die al de belofte inhoudt van de zomer. De bloesems dragen al de verwachting dat de vruchten zullen rijpen in de zomer. Niets gaat verloren volgens het principe van de eeuwige terugkeer van hetzelfde, een idee die Friedrich Nietzsche al koesterde…”