DE VLEESCHHOUWER Ward (1980)

Ward De Vleeschhouwer werd geboren op 4 oktober 1980. Hij begon zijn opleiding piano aan de academie E. Hullebroeck van zijn geboortestad Gent. Na zijn opleiding aan de academie zette hij zijn studie verder aan het Koninklijk Conservatorium Gent en studeerde er piano bij Claude Coppens en Daan Vandewalle, compositie bij Luc Brewaeys en Frank Nuyts en improvisatie bij Peter Vermeersch. Als componist schreef hij tal van stukken voor kamermuziek en voor verschillende etnische instrumenten. In zijn creaties laat hij zich voornamelijk inspireren en fascineren door volksmuziek. In dat kader richtte Ward De Vleeschhouwer in 2003 A Tryst op, een eigenzinnig project waarin hij eigen composities samenbrengt met traditionele West-Afrikaanse muziek en moderne dans. Daarnaast bevat zijn oeuvre ook theaterstukken. In 2005 componeerde hij voor de theaterproductie Raisonnez van de Toneelgroep NUNC. Jongerentheater Fabuleus gaf hem opdracht om in 2006 voor hun grote zaalproductie Forza te componeren. Beide theaterstukken werden geregisseerd door Benjamin Van Tourhout. Verder is hij actief als solist en bij ensembles als Duo Dicto en Thelema Trio.

Thelema Trio is een bijzonder Belgisch hedendaags ensemble dat geen begrenzingen in de muziek kent. Zij gebruiken hun unieke bezetting, piano, klarinet en saxofoon voorbij de grenzen van hun klassieke opleiding. Zo speelde Thelema Trio onder meer op gerenommeerde festivals en concertzalen in België, Italië, Japan, Nederland, Peru en de VS. Met dit ensemble werd in 2006 een CD opgenomen onder de naam T H E L E M A . . .

Als uitvoerend muzikant speelde De Vleeschhouwer reeds in België, Frankijk, Nederland, Italië, Oostenrijk, Japan, VS, Peru en Zwitserland.

 

Werkbespreking

Het werk van Ward De Vleeschhouwer kan onderverdeeld worden in 3 categorieën, naargelang de inspiratiebron. Voor een eerste reeks werken is Afrikaanse muziek de inspiratie, meerbepaald Afrikaanse volksmuziek, Afrikaanse instrumenten en Afrikaanse ritmiek. Tot deze categorie behoren de werken Gwoni (2000), Zaouli (2002), Dounoumba (2006) en Kwela (2006). Gwoni (2000) is geschreven voor 2 gitaren en balafoon en vormt daarmee dus het eerste werk waarin de componist gebruik maakte van een Afrikaans etnisch instrument. In Zaouli (2002) worden opnieuw Afrikaanse instrumenten gebruikt: djembé, dunun en balafoon. In Kwela (2006) herkennen we invloeden van de Pygmeeëncultuur en -muziek. Een tweede inspiratiebron in het werk van Ward De Vleeschhouwer zijn legendes en mythes. Tot deze categorie behoren o.a. de 2 werken die hij schreef voor het Thelema Trio, waar de componist zelf deel van uitmaakt. Slì Chorca Dhuibhne (The Dingle Way) (2004) is opgebouwd uit een grote mix van verschillende volksmuziek. Het uitgangspunt ligt bij de Ierse cultuur: Dingle is een Iers schiereiland, the Dingle Way verwijst naar een lange wandelroute rond dat eiland. Daarnaast komt in dit werk ook Indische volksmuziek (raga) aan bod. Ook het tweede werk dat hij schreef voor het Thelema Trio vindt zijn inspiratie in de Keltische cultuur: Skellig Monks (2006). Een derde reeks composities zijn theateropdrachten. A capella liederen voor kinderen (2005) werd gecomponeerd in opdracht van de theatergroep NUNC voor hun productie Raisonnez. Het lied van ’t begin van ‘t einde (2005) vormt het eerste van 3 werken voor deze productie. Ook in dit werk zitten invloeden van de Pygmeeënmuziek. De tweede compositie, Het lied van het troosteloze volk (2005), is zeer melancholisch van toon. De muziek verloopt zeer traag en er is slechts 1 tekstlijn: Er is geen hoop meer. Het lied van ’t einde (2005) vormt de ironische afsluiter van deze 3 werken. Het thema van de dood werd op opgewekte wijze verklankt. De muziek laat niet vermoeden dat de kinderen eigenlijk vermoord zijn. In 2006 kreeg Ward De Vleeschhouwer opdracht muziek te componeren voor de productie Forza van het theatergezelschap Fabuleus. Beide theaterstukken stonden onder de regie van Benjamin Van Tourhout.

Twee centrale elementen in de muziek van Ward De Vleeschhouwer zijn volksmuziek en ritmiek. Vaak gebruikt de componist bestaande volksliederen als uitgangspunt. Hij probeert deze dan ook 1 keer in originele vorm in het werk op te nemen. Dit vormt vaak een uitdaging, daar het niet banaal mag klinken of mag breken met de verwerking van het materiaal. Het vraagt dus vaak wat zoek- en luisterwerk om die originele verklanking uit het geheel te halen. In Gwoni (2000) bijvoorbeeld werd de originele melodie gefractioneerd weergegeven. Naast het gebruik van volksmuziek probeert de componist te spelen met ritmiek en zo het metrum in vraag te stellen. Hier is opnieuw de fascinatie voor het Afrikaanse te vinden: dubbelzinnigheid van de beat. Hij probeert in te spelen op het verschil in metrisch gehoor en gevoel dat elke (muziek)cultuur anders beleeft. Het werk Gwoni (2000) maakt gebruik van verschillende ostinato’s boven elkaar om het metrum te doen wankelen. Pas verder in de compositie komen de verschillende ostinati samen. De muziek van Ward De Vleeschhouwer maakt gebruik van een tonaal centrum. Men kan dus niet spreken van een volledige atonaliteit, noch van een traditionele tonaliteit.

 

Werklijst

Afrikaanse invloed: Gwoni voor 2 gitaren en balafoon (2000); Gwoni arrangement voor 2 gitaren, balafoon en strijkkwartet (2000); Zaouli voor basgitaar, djembé, dunun, klarinet en balafoon (2002); Gwoni arrangement voor viool, elektrische gitaar, marimba, elektrische bas, piano en percussie (2005); Kwela voor gitaar en 2 blokfluiten (2006); Kwela arrangement voor gitaar en blokfluit (2006); Dounoumba voor 4-handig klavier (2006)

Invloed van legendes en mythes: Atlantis voor drum, marimba, tenorsax, keyboard, basgitaar en elektrische gitaar (2001); Dream – on the Mountains of Darkness voor piano, bastrombone, viool, saxofoon en tape (2002); Manas voor klarinet, sopraan en piano (2002); Slì Chorca Dhuibhne (The Dingle Way) voor klarinet, altsaxofoon en piano (2004); Skellig Monks voor Thelema Trio (2006)

Theater: A Capella liederen voor kinderen voor productie Raisonnez (NUNC) (2005); Forza voor productie Forza (Fabuleus) (2006)

Andere kamermuziek: A taste for red, blue and yellow voor piano en percussie (1998); Looping Marvels voor piano, fluit, cello, viool en klarinet (1999); Morning Glory/Tryst voor cello, viool en piano (2000); Drunken Notes (2007)

Pianomuziek: Zebra Crossing (2008-2009); Snack (2009); Goli (2009); Boki (2010); Twisted Notes (2010)

 

Bibliografie

– Nieuwe werk van Ward De Vleeschhouwer in première tijdens Gentse Vleugels, in Oorgetuige, 2010.

 

Discografie

– Slì Chorca Dhuibhne (The Dingle Way) (Thelema Trio), T H E L E M A . . .(2006)
– Kwela, PAS DE TANGO (2006)
– Ward De Vleeschhouwer – Drunken Notes (2007)
– Present – Barbaro (ma non troppo) (2009)
– Thelema Trio – “Neither From Nor Towards…” (2009)
– ComAV & Spectra Ensemble – Fingerprints, music of composers of Flanders (2011)

 

Links

http://www.thelematrio.com
http://www.toneelgroepnunc.be

 

 

©MATRIX
Teksten van Anna Van Laethem
Laatste aanpassingen: 2007