LAUWERS Kristof (1978)

Kristof Lauwers werd geboren op 15 december 1978 te Kortrijk. Na zijn opleiding gitaar aan de muziekacademie van Kortrijk startte Lauwers in 1996 zijn studies aan het Koninklijk Muziekconservatorium van Gent. Lauwers verwierf voor het eerst bekendheid met zijn deelname aan de Muziekronde van Vlaanderen in 1999. Zo werd zijn werk Processing #1 uitgevoerd in de conservatoria van Gent en Antwerpen en het Lemmensinstituut in Leuven. In 2001 behaalde hij zijn meestergraad klassieke gitaar bij Ida Polck. Daarna studeerde hij bij Godfried-Willem Raes, waar hij in 2004 met grote onderscheiding de graad van meester in de compositie behaalde. Tijdens zijn studies specialiseerde Lauwers zich in elektro-akoestische muziek, live electronics en algoritmische compositie. Kristof Lauwers is verbonden aan de Stichting Logos, een stichting voor experimentele muziek te Gent. Hij werkt daar mee aan de ontwikkeling van GMT. Dit is een programmeertaal voor real-time algoritmische en interactieve compositie. Daarnaast is hij als componist, uitvoerder en softwareontwikkelaar verbonden aan het Logos <m&m> (Man & Machine) ensemble. Dit ensemble hecht speciaal belang aan de interactie tussen live uitvoerders en computergestuurde robots. Met Laura Maes en Leen Gyselinck kwam hij samen tot de installatie WhirlWash en de elektro-akoestische CD Kitch’n’Glitch. Verder werkte hij reeds samen met Phill Niblock, Champ d’Action, het Medusa ensemble, Jelle Meander, Maja Jantar en andere kunstenaars. Zijn muziek wordt uitgevoerd op concerten in binnen- en buitenland, waaronder festivals in Nederland, Frankrijk en Portugal.

 

Werkbespreking

Kristof Lauwers componeerde voornamelijk in zijn beginperiode zuiver akoestische kamermuziek. Stream of Inconsciousness voor piccolo, fluit en Eb klarinet (1997) en processing #1 voor fluit, gitaar en accordeon (1998) behoren tot deze categorie. Ook later grijpt Lauwers nog regelmatig naar dit medium. Zo componeerde hij in 2000 het werk For 9 guitars. Hierin gaat Lauwers op zoek naar de verschillende klankkleuren die een gitaar kan produceren. Hiervoor diende hij een heel eigen notatiesysteem te ontwikkelen. De 9 gitaren worden onderverdeeld in 3 groepen van 3. Doordat hij een duidelijk afgebakend ritme of metrum probeert te vermijden, plaatst hij ook geen maatstrepen. De verschillende partijen kunnen zich op elkaar afstemmen door middel van een tijdsnotatie in seconden bovenaan de notenbalk. De compositie die ongeveer 7’30” duurt kan in 2 delen opgedeeld worden. Na 2’10” volgt er een generale pauze in alle stemmen. Lauwers geeft de uitvoerders een groot aantal vrijheden. Zo laat hij hen improviseren met een gegeven aantal noten, of tekent hij een melodisch verloop uit, maar noteert niet de exacte toonhoogten.

Al snel experimenteert Lauwers met elektro-akoestische muziek. Processing #2 (1998) is Lauwers eerste elektronische tapecompositie. In Processing #4 (1999) combineert Lauwers voor het eerst een akoestisch instrument, namelijk fluit met live electronics. Ook in Glycyrrhizin (2006) combineert Lauwers een live uitvoerder, in dit geval gitarist, met electronics. De elektronica analyseert wat de gitarist speelt en reageert daarop. Zo vormt deze als het ware een contrapuntische tegenstem bij de gitaarpartij en is er werkelijk sprake van interactie tussen uitvoerder en elektronica. Dit aspect van interactie speelt een belangrijke rol in een groot aantal composities van Kristof Lauwers (cfr.infra).

Door zijn werkzaamheden bij de Stichting Logos schrijft Lauwers de laatste jaren voornamelijk voor de muziekrobots gebouwd door Godfried-Willem Raes en met de muzieksoftware die Lauwers daarvoor mee helpt te vervaardigen. Muziekrobots, in tegenstelling tot muziekautomaten, hebben een perceptie van hun omgeving en kunnen daarop reageren. Vandaar dat Lauwers in zijn composities regelmatig op zoek gaat naar de interactie tussen een live uitvoerder en de muziekrobots. Dit doet hij o.a. in Robot Garden en Robot Games. In beide werken gaat Moniek Darge, als live performer, een dialoog aan met de robots van het <m&m>orkest. Darge beweegt door de ruimte en speelt op haar viool. Door middel van radar- en sonarbewegingssensoren kunnen de bewegingen en geluiden van de live performer waargenomen worden. Deze worden dan door een softwareprogramma (GMT) omgezet naar reacties die we horen in de verschillende instrumenten van het <m&m>orkest. Binnen deze interactieve werken wordt de grens tussen het componeren, het ontwerpen van instrumenten en gepaste software afgetast. Lauwers werkt als componist dan ook actief aan deze 3 componenten mee. Al deze nieuwe technologieën zorgen voor een compleet nieuwe manier van componeren. Heel wat van Lauwers’ composities worden via algoritmes vormgegeven. Bij Lokaaku vertrok de componist van een driedimensionele matrix van akkoorden: een horizontale dimensie die de mate van dissonantie bepaalt, een verticale dimensie die gaat van 3 tot 10 stemmigheid, en dan als derde dimensie de parallelle beweging of stemvoering van akkoorden. De computer maakt een random walk door deze matrix. Maar er is een proces dat deze walk kan aantrekken waardoor er een overkoepelende boog van toename en afname van dissonantie in het werk terug te vinden is. Verder krijgt de danser een aantal algemene aanwijzingen van welke bewegingen, welbepaalde effecten op de muziek uitoefenen. Bij weinig of geen beweging doorloopt het stuk gewoon een random walk, bij veel of grote bewegingen wordt de boog strikt gevolgd. De danser kan als het ware ingrijpen op de structuur van het werk, maar ook op de detailinvulling, namelijk instrumentatie en accentuering, hebben zijn bewegingen een effect.

Naast traditionele muziekinstrumenten en muziekrobots, kiest Lauwers regelmatig voor alledaagse gebruiksvoorwerpen om composities mee te vervaardigen. Voor het werk Phass nam Kristof Lauwers verschillende geluiden die hij met een lege fles afwasmiddel kon maken op en bewerkte deze elektronisch zodat ze grotendeels onherkenbaar werden. Lauwers werkt nooit met kant en klare samples, maar zal altijd zelf concrete geluiden opnemen, waar hij dan PD patches voor synthese en bewerking van de geluiden bij maakt. Op deze manier staan deze werken heel wat verder van de musique concrète vandaan. Samen met Laura Maes werkte Lauwers aan het project Kitch ’n Glitch. Allerlei geluiden uit de keuken werden opgenomen, bewerkt en gemanipuleerd tot een elektro-akoestische compositie. Doordat er heel wat geluiden herkenbaar blijven, maar buiten hun normale context voorkomen, krijgen deze klanken een heel andere dimensie, en zorgen ze voor een vervreemdende luisterervaring. Leen Ghyselinck en Jens Vanysacker zorgden voor een bijpassende video bij dit project. Ook uit de installatie Whirlwash blijkt dat Kristof Lauwers de samenwerking met andere kunsten, zoals video, dans en performance niet schuwt.

Whirlwash ontstond vanuit de problematiek rond het uitvoeren van elektronische muziek. Meestal speelt men deze van tape of cd en wordt deze dan live gespatialiseerd. Het publiek kan vaak geen verband leggen tussen wat het hoort en hoe dat eigenlijk tot stand is gekomen. Vandaar dat er in Whirlwash een poging wordt gedaan om het auditieve klankresultaat te koppelen aan het visuele aspect van de klankproductie. Ditmaal vertrok Lauwers vanuit een wasmachine. Van trommels van oude wasmachines werden instrumenten gebouwd door er snaren, metalen veren, e.d. op te monteren. De geluiden die hieruit voortkwamen werden opgenomen en grondig bewerkt. De wastrommels zweven door de donkere ruimte, er is een speciale belichting en ondertussen wordt er een video getoond. Dit werk is niet louter een akoestische compositie maar een totaalspektakel van klank, licht en beeld. Voor deze installatie werkte Kristof Lauwers samen met Laura Maes en Leen Ghyselinck.

 

Werklijst

De werken van Kristof Lauwers zijn moeilijk in vaste categorieën te plaatsen. Er is dan ook geopteerd om de werken in de meest toepasselijke, of overheersende categorie te zetten.

Elektro-akoestische werken: Processing #5 (1999); Simbalism (2000); Kitch ’N Glitch (samenwerking met Laura Maes) (2001); Untitled (2002); Phass (2004); Sin No Tab voor live laptop (2005); Redshift (2007); 145+ (2007); S.N.T. (2006-2009); In de kersenboom (2009); ATTR-X (2009-2010)

Instrumentale kamermuziek: Stream of Inconsciousness voor piccolo, fluit en Eb klarinet (1997); Therminus voor 3 theremins (1998); Processing #1 voor fluit, gitaar en accordeon (1998); For 9 guitars voor 9 klassieke gitaren (2000); Doskordianistick voor 2 gitaren (2001); Grafikc voor vrije bezetting (2001)

Kamermuziek met live electronics: Processing #3 voor fluit, stem theremin en ringmodulatoren (1999); Verbzreit voor stem en live electronics (2000); Processing #4 (2001); Waiters at a galop (2009) GBZKGD voor klavecimbel en live electronics (2002); Sir John Longton, revisited voor Gamba, theorbe, klavecimbel en live electronics (2004); Displacing Quarters, Bow, Slurp (2010); Brachycalix (2011)

Interactieve compositiesThintroppoinmealways voor mannen- en vrouwenstem en live electronics (2003); Glycyrrhizin voor gitaar (klassiek of elektrisch) en computer (2006); Machinewall voor performer en automaten ensemble (2002); RobotGarden voor performer en interactief automatenensemble (2003); Robot Games voor performer en interactief automatenensemble (2004); Dancing Violin voor performer en interactief automatenensemble (2005); Lokaaku voor performer en interactief automatenensemble (2006); Poco a poco ma non tropo voor performer en interactief automatenensemble (2006); Broken Breaks voor performer en interactief automatenensemble (2006)

Werken voor automatische instrumentenVib.rt-H 50 voor <Harma> en <Vibi> (2002); 4294967296 sonatas for automaton ensemble voor automatenensemble (2002); Sphk voor <autosax> (2002); Plastic Deformations (2002); RobotGarden (2003); Study #2 voor <Hurdy> (2004); Study #1 voor<Belly> (2004); Study #3 (2005); Plastic reformations (2005); Dancing Violin (2005); Study #4 (2005); Study #5 (2006); Fuga Falafel (2006); Broken Breakz (2006); m*lan*schnitt*eichen*m voice, cd, claves and automatenorkest (2006); Poco a poco ma non troppo (2006); Lokakuu (2006); Burden Birds (2006); Tammikuu (2007); Study #7 (2007); Mars (2007); Huhtikuu d (2007); Tilt! (2007); Mass spring model #1 (2007); Ulubmectsigsioseotlo (2008); Goldfingers (2008); Helmikuu (2008); Study #9 (2008); Stainless (2009); TXSHOBKVB (2009); a083522 (2009); Izar (2009); after bpNichol (2009); ABOCB 9 (2009); Avant I (2009); Study #10 (2009); Study #11 (2009); Inner Darkness, Chaleur/Warmte, Laiti I-III (2009-2010)

Algoritmische stukken: Processing #2 (1998); Tlerek voor player piano (2000); Stoch voor slagwerkautomaten (2000); Disfaltung voor automatenensemble (2002); Plastic Deformations voor automatenensemble (2002); Fuga Falafel voor automatenensemble (2003); Study #1 voor <Belly> (2004); Study #3 for Robot Orchestra voor automatenensemble (2005); Plastic Reformations voor automatenensemble (2005); Study #4 voor <Vacca>, <Bourdonola> en <Tubi> (2005) ; Study #5 voor <Casta> en <Sire> (2005)

Installaties: Whirlwash (2003)

 

Bibliografie

– M&M Emergence: het geheel is meer dan de som der delen, in Oorgetuige, 2012.
– Clash van culturen en generaties met Ludo Mariën, Ernst Surberg & Luka Juhart op Transit, in Oorgetuige, 2011.
– RoBodies: de naakte, tastbare lichamelijkheid van Mens & Machine, in Oorgetuige, 2010.
– Morf: nieuw project van Laura Maes en Kristof Lauwers in Logos, in Oorgetuige, 2010.

 

Discografie

– Processing #2 (Kristof Lauwers), EA, Logos LPD003, 1999
– Vibirth-h_50 (<M&M> ensemble), <M&M>, Logos LPD008, 2002
– 4294967295 sonatas for automaton ensemble #20020223” (<M&M> ensemble), <M&M>, Logos LPD008, 2002
– Machinewall #1 (<M&M> ensemble), <M&M>, Logos LPD008, 2002
– SPHK (Kristof Lauwers), MORE AUTOMATS, Logos LPD012, 2004
– Plastic Deformations (<M&M> ensemble), ROBODIES, Logos LPD014, 2005
– Robot Garden (<M&M> ensemble), ROBODIES, Logos LPD014, 2005
– Thintroppoinmealways (Kristof Lauwers), POLYPOETRY, KRIKRI KRIKRI2005, 2005
– KITCH’N’GLITCH (Laura Maes en Kristof Lauwers), Cling Film, 2002
– Thintroppoinmealways (Kristof Lauwers) door Maja jantar en Jelle Meander LIVE IN GENEVA & BRUSSELS, 2004 op www.ubu.com/sound/meander.html

 

Uitgever

In eigen beheer

 

Links

Logos Foundation

 

©MATRIX
Teksten van Bianca Van Roosbroeck
Laatste aanpassingen: 2007