VAN INGELGEM Maarten (1976)

Maarten Van Ingelgem (°1976) studeerde piano bij Jan Michiels aan het Koninklijk Conservatorium Brussel en compositie bij Wim Henderickx aan het Koninklijk Vlaams Conservatorium Antwerpen. Hij leidt de compositieklas van de academie van Dilbeek, waar hij ook leraar piano is. Maarten is dirigent van het kamerkoor voor hedendaagse muziek De 2de Adem uit Gent en zingt bij Aquarius dat zich eveneens toelegt op hedendaagse vocale muziek.

Als componist schreef hij reeds een zestigtal composities gaande van solowerk over strijkkwartetten, een kameropera tot een pianoconcerto. Voor dit laatste werk kreeg hij de Prijs voor nieuwe muziek 2005 van de provincie Oost-Vlaanderen. In 2008 reikte Sabam hem de Gouden Klaproos uit voor koorcompositie en in 2012 en 2014 was hij laureaat van de European Award for Choral Composers. Maarten is in 2020 Artistiek Leider van de World Choir Games 2020, de grootste koorwedstrijd ter wereld die voor haar 11de editie in Vlaanderen wordt georganiseerd.

 

Werkbespreking

Maarten Van Ingelgem componeerde tot nog toe voor heel verschillende bezettingen. Zijn interactie met jongeren en amateurs is belangrijk en dit kunnen we in zijn werk zien doordat hij rekening houdt met de perceptie van de luisteraar of met de technische uitvoerbaarheid. Verschillende componisten hebben hem ook sterk beïnvloed. Vanuit deze invalshoek zal zijn werk besproken worden.

Zo kunnen we de invloed van Kurtág thuisbrengen vanuit zijn activiteit als leraar. Een mooi voorbeeld hiervan in zijn oeuvre is het pianowerk Asa giri Ya (2004). Het werk beeldt de sfeer en de indrukken uit die in de gelijknamige (Japanse) haiku vervat zitten. We zien dat hij met eenvoudige zaken en ruw materiaal dit werk opbouwt. Om de donkere ochtendlijke mist (morning haze) uit te beelden maakt hij uitsluitend gebruik van de onderste regionen van het klavier, waardoor een op het eerste gehoor ondoordringbare klanknevel ontstaat. Om deze klanknevel echt ondoordringbaar te maken wordt de pedaal ook de hele tijd ingedrukt gehouden. Deze klankmassa is echter in beweging en verandert continu in densiteit en timbre. Vormen lijken zich te concretiseren: er verschijnen schimmen, maar ze verdwijnen al snel opnieuw naar de achtergrond (men go their ways). Deze compositie is een mooi voorbeeld van het spelen met klankkleuren. Op piano lijkt dit niet meteen evident, maar toch kan men spelen met klankkleuren door bijvoorbeeld een combinatie van het ononderbroken ingeduwd pedaal met het gebruik van het una cordapedaal, maar vooral door het extreme spel van dynamiek: gigantische crescendo’s (met bv. metaalklank en zelfs snaarzinderen tot gevolg) en plotse onhoorbare pianissimo’s die in contrast met de grote uitbarstingen een bijna strijkersachtig effect krijgen.

Ook in Meditatio voor orgel (2003) speelt Van Ingelgem met diverse klankkleuren. Het werk begint met 2 grote secunden. Het werken met grote secunden dook reeds op in vroegere werken en is een constant gegeven in zijn oeuvre. In dit werk kunnen we een evolutie zien van pentatoniek naar chromatiek. De klank wordt gradueel verschoven en verstoord, nl. door het zeer langzaam doch gelijkmatig in- en uittrekken van de registerknoppen. Dat veroorzaakt een ongecontroleerde luchtcirculatie in de orgelpijpen en brengt bijgevolg onverwachte orgelklanken met zich mee. Ook in zijn vroegste composities werkte hij met klankkleuren, maar dan vooral op impressionistische wijze (cfr. Debussy), zoals in Leireken (1998) waarin hij een septiemakkoord zonder kwint gebruikt.

Terwijl hij in Leireken nog werkte met akkoordkleuren, is Silex (2003) een voorbeeld van extreme klankkleuren. In dit werk voor viool, altviool of cello gebruikt hij de hedendaagsere technieken (zoals linkerhandpizzicato, pressione d’arco, kloppen op het hout,…). We hebben hier ook te maken met spatiale notatie. In dit verband is het een must om de invloed van Scelsi te vermelden. Met het Quattro pezzi su una nota sola van Scelsi vond Maarten Van Ingelgem een evenknie voor zijn experimenten met klankverschuivingen en voor het gebruik van weinig noten in een werk. In dat werk zoekt Scelsi steeds klankverschuivingen van de ene naar de andere klankkleur. Een van de eerste blauwdrukken van deze invloed kunnen we bij Maarten Van Ingelgem bemerken in het werk Gen (2002). Er wordt vanuit het niets 20 seconden lang een crescendo gemaakt naar pppp. Ook in Laokoön (2003) is hiervan een voorbeeld te vinden: hier gebruikt hij mini-glissando’s en micro-intervallen.

De invloeden van Kurtág en Scelsi komen ook duidelijk naar voor E.G.O. (2002). De clusters en de vrije ritmiek verwijzen enerzijds Kurtág, net zoals de grafische en vrije notatie. De kleurverschuivingen in dat werk herinneren aan Scelsi. Het metrum is vrij, maar hangt sterk af van de ademhaling van de sopraan. De klanken van het woord “ik” worden in 7 verschillende talen uit elkaar getrokken om ze nadien weer lukraak samen te voegen en zo de klankverschuivingen in de verf te zetten.

Een andere belangrijke inspiratiebron is Messiaen, meer bepaald zijn derde modus. In Verboden vrucht (2001) heeft Maarten Van Ingelgem de 2de en 3de modus van Messiaen gehanteerd. Tijdens zijn compositieopleiding zocht Van Ingelgem een eigen stijlidioom door zichzelf te spiegelen aan de klankwerelden die dicht bij zijn persoonlijke voorkeur aanleunden. Zo durft hij ook wel met spectrale elementen te werken. Hij ontdekte dat wanneer uit de derde modus van Messiaen één noot weggelaten wordt, de eerste acht noten uit de boventoonreeks (een spectrum) overblijven. Via de boventoonreeksen en de derde modus van Messiaen is de stap niet moeilijk om van het ene spectrum naar het andere te verschuiven. Dat is ook aanwezig in Gen (2002).

De vier invloeden (Kurtág, Scelsi, Messiaen en het spectralisme) komen mooi samen in Laokoön (2003). Het partituurbeeld van Laokoön is geordend op een tijdslijn, los van de traditionele metrisch-ritmische notatie. Het werk staat volledig in 4/4 en de maatsoort vormt een kader waarin hij dan vrij zijn compositie neerschrijft (cfr. Ligeti). In E.G.O. (2002), Meditatio (2003) en Berienza (2003), gebruikt hij een spatiale notatie.

Theatrale aspecten komen aan bod in Gen (2002), Laokoön (2003) en de koorwerken Suid-Afrikaans Drinklied (2005), The wrong of spring (2005), And darkness was upon the face of the deep (2005) en in de kameropera Infans (2003).

Zijn Pianoconcerto (2005) kan beschouwd worden als een synthese van vroegere ideeën en stijlen. Het timbre neemt een belangrijke plaats in, hoewel ook het ritme in dit werk meer invloed heeft dan in zijn andere werken. De drive die in zijn eerdere werken minder belangrijk was, is hier een aspect van de typische virtuositeit die een concerto karakteriseert. Maarten Van Ingelgem is vertrokken vanuit de piano, het orkest zorgt voor kleuring voor de piano. Het pianistiek karakter en de virtuositeit vallen op. De opvallende clusters zijn een verwijzing naar Kurtág. Dit pianoconcerto is op vormelijk gebied geënt op de klassieke driedelige concertostructuur. Toch lopen de delen in elkaar over en is er een onderlinge uitwisseling van materiaal. Mede door de relatief korte tijdsduur van een goede dertien minuten is het een gebald statement geworden over het pianoconcerto als genre.

Sinds de jaren 2000 neemt de koormuziek een steeds belangrijkere plaats in binnen het oeuvre van Maarten Van Ingelgem. Ook hier schuwt hij de referenties aan de grote namen van de muziekgeschiedenis niet. In Rakvere (2016) zette hij op vraag van het vocaal ensemble Aquarius een test van Peter Theunynck op muziek over Arvo Pärt. In de tekst wordt beschreven hoe een jongen (Arvo Pärt) met zijn fiets door de sneeuw fietst. Het gebruik van een fietsbel aan het begin van de compositie en het gebruik van andere geluidseffecten is tegelijkertijd licht humoristisch en expressief. Voor het koor hanteert Van Ingelgem een zacht dissonerende schrijfwijze die verwijst naar de stijl van Pärt zonder er een parodie van te zijn.

Van Ingelgem schuwt ook de grotere projecten niet, vaak in samenwerking met amateurmuzikanten. In het meer dan een uur durende oratorium “Onvoltooid Landschap” combineert hij een groot koor met saxofoonkwartet, slagwerk en verteller. De combinatie van volksliedjes, nieuw gecomponeerde muziek, Afrikaanse percussie en moderne technieken maakt van deze voorstelling een kaleidoskopisch geheel. De aanleiding was de herdenking van de Eerste Wereldoorlog.

 

Werklijst

Soloinstrumenten: Schetsen, piano / piano en zang (1987-1993); Sonate, piano (1993-1994); Etude, piano (1996); Solistice, piano vierhandig (1998); Per Gynt, piano (2000); Ruisen, piano (2001); Doreen, piano (2001); Tuned, beiaard (2002); Zvon…, piano en tape (2002); Silex voor cello (2003); Berienza voor viool (2003); Meditatio voor (mechanisch) orgel (2003); Asa giri ya voor piano (2004); Aquarius, voor klarinet (2007); Ricercare, voor piano (2008); Sadalsuud, voor orgel (2008); Le Stelle della Via Appia, voor orgel (2012); Un piccolo studio, voor piccolofluit (2012); Last Call for Space Traveler Cage & Final Call for Space Traveler Cage, voor toy piano (of piano) (2013); Game, voor klarinet (2015); Ostinato, voor piano linkerhand (2017)

Kamermuziek: Catulli Carmen, bas en piano (1993); T-time, fluit, viool en hobo, klarinet (1995); Nachtelijke tango, klarinet en accordeon (2000); Ruach, klarinet en accordeon (2001); Verboden Vrucht voor slagwerkensemble (2001); Pan, ad libitum (2002); Soëos voor dwarsfluit en strijkkwartet (2003); Laokoön voor altviool, hobo, sopraansax, 2 trombones en slagwerk (2003); Vly voor piano, viool en cello (2004); And darkness was upon the face of the deep voor hobo en piano (2005); Air voor elektrische gitaar en beiaard (2005); I be not voor strijkkwartet (2005); Helices voor strijkkwartet (2007)
; Lamentatio en Canzona, voor drie trompetten (2007); Tivoli, voor fluitenkwartet (2008); Arte da Fuga, voor vijf cello’s en tape (2008); “General Herman” – secrétaire, voor bureautica (2009); Muziek voor een Ruimtehaven, voor viool, klarinet, cello en piano (2013); De Smaragden Klok, voor piano en strijkkwintet of -orkest en versie voor fluit, viool, contrabas, gitaar, accordeon en piano (2013); Campanella, voor klarinet en piano (bewerking van De Smaragden Klok) (2013); Cambridge Junction, voor viool en piano (bewerking van Leireken, deel 1) (2013); Devil Hill, voor trompet en piano (2015)

Vocale muziek: Danck-liet, op tekst van Jacob Revius, zang en piano (1996); Lied van de Geest, op tekst van Aleidis Dierick, sopraansolo, vrouwenkoor en orgel (1996); Heldendeugd, op tekst van Pjeroo Roobjee, zang en piano (2000); U komt de lof toe, vierstemmig gemengd koor (2000); Divisit, op tekst van Wouter De Bruyne, bassolo, hoorn en vrouwenkoor (2000) i.m. Juliaan Wilmots; Nachtgesang, op tekst van Friedrich Hölderlin, mezzosopraansolo en vrouwenkoor (2001); Gen voor sopraan, fluit, klarinet, viool, cello en piano (2003); E.G.O. voor sopraan en piano (2003); Infans voor één vrouwenstem, vier mannenstemmen, beiaard en orgel (2003); Forgotten Crossroads, filmmuziek voor stem (alt en bas), klarinet en piano (2004); Zomer – zonnewende, op tekst van Aleidis Dierick, sopraan met gitaar (2004); Kojiki voor gemengd koor a capella (2005); The Wrong of Spring voor zesstemmig koor (2005); Suid-Afrikaans Drinklied voor koor (2005); Koning Goeyvaerts! voor gemengd koor en vocaal kwartet a capella (2006)
; Kuss voor vrouwenkoor (2007); 24 12 1914, op psalmteksten, voor mannenkoor, solisten (CT, T, Bar, B) en twee klaroenen (2009); Ik zal het hooren, op tekst van Multatuli, voor tenor, cello en piano (2010); Nachtlied, op tekst van Jos Stroobants, voor gemengd koor a capella (2010); Extra Largo, voor orgel (2010); Rosario! op tekst van Rosario Castellanos, voor alt en continuo (2010); Lamtietie, damtietie, op tekst van C. J. Langenhoven, voor twee gelijke stemmen (2011); Laus Stultitiae, op tekst van Desiderius Erasmus, voor gemengd koor (2011); Metamorfose, op tekst van Gerrit Komrij, voor driestemmig vrouwenkoor (2011); Drie Souterliedekens, voor variabele vocaal-instrumentale bezetting (2011); Trouble, voor gemengd koor en vocaal kwartet a capella (2011); Bestiarium, op tekst van Alain Pringels, voor vrouwenkoor, strijkkwintet en piano, in samenwerking met Karel Van Marcke (2012); Jaarringen, op tekst van Annie Van Keymeulen, voor soli, vrouwenkoor en harp (2012); Klankendroom, op tekst van Hugo Visser, voor acht koren (2013); Onvoltooid Landschap, op tekst van Annelies Verbeke, voor kinderkoor, jeugdkoor, basiskoor, concertkoor, slagwerk, saxofoonkwartet en verteller (2014); Rakvere, voor koor en fietsbel, op tekst van Peter Theunynck (2016); White Songs, voor koor, op teksten van Helen White (2016; Pazapa, voor kinderkoor (2017); Mülheis Lieder, voor mannenkoor, op teksten van Volkmar Mühleis (2015-2018)

Orkest: Leireken voor strijkorkest (1998); Pianoconcerto voor piano en symfonisch orkest (2005); Coeur d’Afrique, voor strijkers en percussie (2005); Ouverture (What’s on the Telly?), voor symfonisch orkest (2008); De Smaragden Klok, voor piano en strijkorkest (2013).

Film/Theater: Woorden van een koning, op tekst van Luk Van Brussel (naar Peer Gynt van Henrik Ibsen) (2000); Heldendeugd, op tekst van Pjeroo Roobjee (2000); Forgotten Crossroads, kortfilm van Michael Bombeeck (2004); EGO, kortfilm van Hadil Alramli (2017); Ten Oorlog, op tekst va Tom Lanoye (2018)

Bibliografie

– TRANSIT biedt forum voor jonge componistentalent in Vlaanderen, in Oorgetuige, 2007.
– Music for Ground: Aquarius brengt werk van Garrett List, Sarah Shoham, Maarten Van Ingelgem en Samuel Barber in de Gentse Sint-Pietersabdij, in Oorgetuige, 2011.
– Maarten Van Ingelgem artistiek leider WCG, in Koor&Stem, 6/11/2018

 

Discografie

– Meditatio (Maarten Van Ingelgem), 300 JAAR FORCEVILLE-ORGEL AALST-NIEUWERKERKEN, SABAM T.M. De Schryver, 2003
– Kojiki (De Tweede Adem o.l.v. Maarten Van Ingelgem), 7 CULTUREN, 7 VERHALEN, 7 CREATIES, SABAM T.M. Skrolan 10, 2005
– Coeur d’Afrique (Tolievat en het OVKO), HARTSLAG, SABAM T.M. Hartslag 1, 2005
– Suid-Afrikaans Drinklied (Goeyvaerts Consort), COMPONISTENLINK, KOOR&STEM, SABAM T.M. K&S 007, 2006

 

Uitgevers

Metropolis (Antwerpen)
Lantro (Grimbergen)
Orgelkunst (Hoegaarden)
Euprint
Schott Music

 

Links

De 2deAdem
Maarten Van Ingelgem op SoundCloud

 

© MATRIX
Teksten van Bart De Vos en Klaas Coulembier
Laatste aanpassingen: 2019